Honing
Voor het maken van één potje honing bezoeken tienduizenden bijen tot wel 1,3 miljoen bloemen.
Bijen vliegen van zonsopgang tot zonsondergang af en aan om zoveel mogelijk nectar en stuifmeel te verzamelen.
Van nectar naar honing
In de bijenkast zetten de jonge bijen de nectar om in honing, die daarna in de raten wordt opgeslagen. Als de honing “rijp” is, sluiten de bijen de honingcellen af met een laagje was.
Herkomst
Bijen vliegen in een gebied van 5 kilometer rondom de bijenkast. Honing is hierdoor een echt lokaal streekprodukt. Mijn honing bevat dan ook stuifmeel van planten uit de omgeving van Roerdalen.
Soorten honing
In Nederland wordt bijna geen honing gewonnen die alleen afkomstig is van één plantensoort.
Voorjaarshoning bevat een mix van honing van voorjaarsbloeiers zoals wilgen, fruit, paardenbloem, etc. In de zomer geoogste honing bevat vaak acacia en lindehoning.
Vloeibare honing
Bijna alle honing gaat uiteindelijk kristalliseren. Dat is een natuurlijke eigenschap van honing. Honing is weer vloeibaar te maken door deze au-bain-marie te verwarmen tot 40 graden. Wanneer ik het kristallisatieproces bevorder met heel fijne honingkristallen, wordt de honing heel smeuïg. We noemen die honing crème- of pastahoning.
Honing oogsten
Wanneer de honingraten vol zijn, haal ik deze uit de bijenkast. Thuis verwijder ik de wasdekseltjes en wordt de honing in een speciale centrifuge, de honingslinger, uit de raten geslingerd.
Honing slingeren
Vanuit de honingslinger wordt de honing opgevangen en gefilterd om resten bijenwas eruit te halen.
De stuifmeelkorrels blijven echter wel in de honing.
Kleur en smaak van honing
De honing is afkomstig van een mix van bloeiende planten en bomen uit de omgeving van mijn bijenstanden. De kleur en de smaak van de honing is dan ook afhankelijk van de bloeiende planten waar het bijenvolk de nectar heeft gehaald.